Commissievergadering C173 – 26 april 2007
Vraag om uitleg van de heer Carl Decaluwe tot de heer Geert Bourgeois, Vlaams minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, over de kwalificatiecriteria voor denieuwe erkenningsronde voor de lokale radio-omroepen. Waarnemend voorzitter is de heer Werner Marginet, ondervoorzitter
De voorzitter: De heer Decaluwe heeft het woord.
De heer Carl Decaluwe: Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega’s, het is lang niet meer de eerste vraag over de erkenning van lokale radio-omroepen. Ik merk wel, mijnheer de minister, dat u stap voor stap vooruitgaat om tot een nieuwe erkenningsronde te komen. Sinds de laatste erkenningsronde van 2005 werden er een veertiental erkenningen voor lokale radio-omroepen ingetrokken door de Vlaamse Regulator voor de Media, de VRM. Dat was omdat men de radiozender nooit had opgestart of omdat men na enkele maanden alweer gestopt was. Uiteindelijk heeft men een datum vooropgesteld, waarna de erkenning zou worden ingetrokken. Meestal is dat dan ook gebeurd. Eén erkenning werd zelfs nooit toegekend, met name die voor 107.2 megahertz in Nieuwpoort. Eén erkenning, die voor de vzw Stichting Communicatie Waasland op 106.8 megahertz, werd door het arrest van de Raad van State van 7 februa-ri 2006 vernietigd. Die kwestie is hier overigens verschillende keren aangeklaagd. Blijkbaar zijn er destijds duidelijke fouten gemaakt. Maar dat was voor u minister van Media werd. Naar aanleiding van dat arrest heb ik u geïnterpelleerd op 20 maart 2006 (Hand. VL. Parl. 2005-06, nr. C183, 1).
Tot besluit van die interpellatie hebben we op 19 april 2006 een met redenen omklede motie laten goedkeuren in het parlement.(Parl. St. Vl. Parl. 2005-06, nr. 783/1). Deze omvatte een viertal punten.
Eén, op korte termijn moeten de nodige maatregelen worden genomen om rechtszekerheid te garanderen aan de erkende lokale, regionale en landelijke radio’s wat hun erkenningen, hun zendvergunningen en het Vlaamse frequentieplan betreft. Daar hebt u snel en accuraat op gereageerd.
Twee, meer concreet moet men een ontwerp van decreet voorleggen aan het Vlaams Parlement met gewijzigde criteria voor de toekomstige erkenningen van particuliere lokale radio-omroepen.
Drie, op basis van de bepalingen in de gecoördineerde mediadecreten moeten de frequenties die vrijgekomen zijn door vernietiging én de niet gebruikte frequenties zo spoedig mogelijk toegewezen worden op basis van een rechtsgeldig frequentieplan. Dat frequentie-plan is er nu, zodat we binnenkort naar een nieuwe erkenningsronde kunnen gaan.
Vier, er moet een correcte en snelle oplossing worden gezocht voor die lokale radiozenders die volgens de Raad van State ten onrechte geen erkenning hebben gekregen. Dat laatste punt zal ik straks wat uitgebreider toelichten. Voor de toekenning van deze zestien ongebruikte lokale radiofrequenties worden binnenkort, conform deze motie en op basis van het gewijzigde decreet, nieuwe erkenningsrondes georganiseerd. Er zal een algemene oproep zijn voor de vijftien vrije frequenties en een aparte oproep voor de frequentie 106.8 megahertz in Sint-Niklaas. Het is in dat verband ook nuttig om lessen te trekken uit de vorige erkenningsronde.
Er is destijds, toen minister Keulen nog bevoegd was voor Media, enkele keren heisa geweest in dit parlement rond de toekenningscriteria en de evaluaties. De collega’s herinneren zich ongetwijfeld nog de discussies met de plusjes en de minnetjes. We hebben toen in een interpellatie duidelijk bewezen dat de administratie fouten had gemaakt. Ik verwijs naar Radio Utopia uit Tremelo. Die mensen werden destijds geweerd, terwijl ze een goede band hadden met de lokale verenigingen en het gemeentebestuur. Die band is een van de pijlers van het bestaanvan een lokale radiozender. Er kwam toen echter een andere zender op de proppen die onderdeel was van een grotere groep – Be One, als ik mij niet vergis – die dan uiteindelijk de erkenning gekregen heeft. Men stelde onder meer vast dat die zender zich zelfs niet op het betrokken grondgebied vestigde. De mensen van Radio Utopia hebben uiteindelijk gelijk gekregen en zij hopen nu op een nieuwe erkenningsronde om alsnog een vergunning te krijgen. Hun band met de lokale verenigingen en het gemeentebestuur is overigens na drie jaar uit de ether, nog onaangetast. Men heeft op een alternatieve manier geprobeerd die band, die destijds de pijler was van de lokale radio, te handhaven.
Ik vind het belangrijk dat de band met de lokale verenigingen en het lokale bestuur een doorslaggevend criterium is en dat de aanvrager dat echt formeel moet kunnen aantonen. Dat is een veel belangrijker criterium dan de activiteitenkalender, de beloofde aankoop van de nieuwste technologieën, het aantal nieuwsuitzendingen enzovoort. Achteraf bleek het ingediende dossier vaak niet te kloppen en werden de gedane beloftes niet nagekomen. Andere zenders die hun beloftes wél nakwamen, maar geen advocatenbureau in de arm hadden genomen om een goed dossier op te maken, waren dan natuurlijk de klos.
Het is een belangrijke vaststelling dat velen hun plannen, om bijvoorbeeld als nieuwsradio te werken, niet hebben waargemaakt. Aangezien een aangetekend schrijven aan de Vlaamse Regulator voor de Media volstond om wijzigingen aan het ingediende, erkende dossier aan te brengen, kon men gemakkelijk ‘valse’ dossiers indienen. Men kon veel beloven en eens de erkenning binnen was, aan de VRM zeggen dat men dat toch niet zou doen. Wie het echt gaat doen of al jaren doet, was uiteindelijk het slachtoffer. Daaruit moeten we lessen trekken zodat we dit bij een toekomstige erkenningsronde niet meer tegenkomen. Kunt u verduidelijken waarom er een aparte erkenningsronde komt voor de frequentie 106.8 in Sint-Niklaas? Hoe hebt u uitvoering gegeven aan de vierde aanbeveling uit de hoger geciteerde motie: een correcte en snelle oplossing zoeken voor de lokale radiozenders die volgens de Raad van State ten onrechte geen erkenning hebben gekregen? Bijvoorbeeld, de lokale radio die tot drie jaar geleden uitzond op 106.8 in Sint-Niklaas heeft kosten gemaakt voor de vernietiging van een onterecht toegekende vergunning die te wijten was aan een foute beoordeling. In antwoord op mijn interpellatie vorig jaar stelde u dat zij via een burgerlijke procedure een schadevergoeding moesten claimen. Maar bij deze nieuwe erkenningsronde moeten zij opnieuw de competitie aangaan en kunnen misschien in eenzelfde verhaal terechtkomen als destijds. Een van de belangrijkste kwalificatiecriteria bij de evaluatie van de erkenningsaanvragen voor de lokale radio-omroep is de band met de lokale gemeenschap. Voor de lokale radio die drie jaar geleden zijn uitzendingen heeftmoeten stopzetten omwille van een onterecht toegekende erkenning aan een andere lokale radio, is dit nu een moeilijk haalbaar criterium.
Ik heb het voorbeeld gegeven van Utopia in Aarschot, waar men de band heeft proberen te vrijwaren, waarschijnlijk via internet. In welke mate kan men met dit probleem rekening houden? Ook het maken van nieuwsberichten is een belangrijk criterium in de beoordeling van de erkenningsaanvragen. Hoe kunnen de fouten uit het verleden vermeden worden, zodat de vooropgestelde doelstellingen van de erkende lokale radio-omroepen gegarandeerd worden nageleefd? Het dossier sleept al lang aan en het wordt steeds moeilijker om een toekomst te creëren in deze chaotische sector.
De voorzitter: Mevrouw Hermans heeft het woord.
Mevrouw Margriet Hermans: Mijnheer de minister,collega’s, ik wil me aansluiten bij de bezorgdheid van collega Decaluwe. Al maanden kaart hij terecht deze zaken aan. Ook wij worden regelmatig geconfronteerdmet mensen die een dossier hebben misgelopen, hoewel achteraf bleek dat zij aan de criteria beantwoordden. Anderen kregen wel een frequentietoelating, terwijl ze nooit uitgevoerd hebben wat ze op papier hadden gezet. Hoe kunnen we bij een eventuele volgende erkenningsronde punctueler te werk gaan?
De heer Werner Marginet: Ik heb een vraag over de aparte erkenningsronde in Sint-Niklaas. In een antwoord op een interpellatie van de heren Decaluwe en Verstrepen, werd gesteld dat er in Sint-Niklaas voor drie beschikbare frequenties zeven kandidaten in de running waren. Hoe is de situatie op dit ogenblik? Zijn er misschien ook theoretische aanvragen van mensen die niet van echt plan zijn om te gaan uitzenden?
De voorzitter: Minister Bourgeois heeft het woord.
Minister Geert Bourgeois: Mijnheer Decaluwe, zoals u zegt heb ik al antwoorden verstrekt. Ik zal daarnaar verwijzen om niet alles te hoeven herhalen. Ik maak een nuance bij uw opmerkingen over de procedure met aangetekende brief om een wijziging te verkrijgen. Die procedure was niet van toepassing bij de vorige erkenning. Toen was de minister bevoegd voor de wijzigingen. Het volstond niet om in een aangetekende brief melding te maken van de wijzigingen. Nu is er een nieuwe procedure. Wijzigingen in informatieve programma’s moeten nog steeds worden aangevraagd. Voor de overige programma’s heeft het parlement terecht beslist dat de procedure van de aangetekende brief volstaat. Het zou een beetje te gek zijn als lokale radio’s niet vrij programmawijzigingen mogen doen. Dat is de nieuwe procedure die staat in artikel 50 van de gecoördineerde mediadecreten, maar in het verleden was het dus anders.
Er is tot nu toe eigenlijk maar één vernietiging uitgesproken: frequentie 106.8 in Sint-Niklaas. Voor vzw Utopia in Tremelo is een schorsingsverzoek afgewezen door de Raad van State bij arrest van 21 oktober 2004. De annulatieprocedure loopt verder. In Leuven was geschorst op basis van een gebrekkige motivering. Dat heb ik hernomen in een besluit met een betere motivering, waar tegen geen beroep is aangetekend. Ik denk dat er nog een tweede zaak was, maar dat weet ik niet precies. Kortom, er is maar één vernietiging geweest. Op advies van onze raadsman hebben we ervoor gekozen om een apart besluit uit te vaardigen voor Sint-Niklaas. Daar is een vernietiging van de Raad van State en bestaat nog steeds de kans op een burgerlijke procedure. Juridisch was het wijzer om de procedure uit voorzichtigheid opnieuw toe te passen om te voorkomen dat alles in één besluit zou terechtkomen. Het is exact de procedure zoals die in het decreet bepaald is. Het gaat niet om een uitzonderingsprocedure. Het zoeken naar een oplossing voor erkenningen die vernietigd werden, heeft betrekking op 106.8 te Sint-Niklaas. Hoe gaat een radio die drie jaar geleden zijn uitzendingen moest stopzetten, zijn band aantonen met de lokale gemeenschap? Ik beklemtoon dat iedereen op gelijke voet behandeld wordt en dat dit probleem evengoed bestaat voor nieuwe kandidaten. De decreetgever heeft die criteria bepaald in het decreet en het uitvoeringsbesluit. Niemand heeft een voorsprong. Mijnheer Decaluwe, u bent bezorgd over hoe het nageleefd zal worden. Ik denk dat u ook vraagt hoe ik de procedure organiseer zodat ze zo objectief mogelijk verloopt. De naleving handhaven is een taak van de algemene kamer van de VRM, die toezichtbevoegdheid heeft.
De procedure heb ik als volgt georganiseerd. Binnen de administratie moet een projectgroep de dossiers volgen. Ook moet er binnen de administratie een tweede advies zijn van iemand die niet tot de projectgroep behoort. Als er verschillen bestaan tussen die twee, is dat een signaal dat het extra moet worden bekeken. We gaan de conclusies naast elkaar leggen. Daarnaast hebben we een procedure uitgewerkt in samenspraak met het departement en de VRM. Men moet de aanvraag bij de VRM indienen op vier exemplaren. Niet om administratieve overlast te veroorzaken, maar om snel te kunnen handelen. De VRM oordeelt over de conformiteit, maar de ontvankelijkheid ligt bij mij. Nog voor het oordeel van de VRM gaat een van de dossiers naar de administratie, zodat die onmiddellijk aan de slag kan gaan. Wanneer de dossiers die conform zijn verklaard, verder behandeld worden, moet de VRM twee exemplaren bezorgen, één aan de administratie en één aan mij. Dat is ook ter controle. Mijn kabinet heeft dus van meet af aanzicht op de procedure. Van dan af gaat alles in zijn werkconform de bepalingen. De administratie krijgt op die manier langer de tijd om de dossiers te bekijken. Ik zorg voor evenwichten, een dubbele beoordeling binnen de administratie en de controle door het kabinet. Ik heb onmiddellijk een volledig dossier om mee in de beoordeling te gaan en bij de probleemgevallen op te treden.
De voorzitter: De heer Decaluwe heeft het woord.
De heer Carl Decaluwe: Bedankt voor uw antwoord, mijnheer de minister. Het moet getest worden, maar ik heb de indruk dat die procedure betere garanties biedt voor een objectieve behandeling dan de vorige keer. Dat is een understatement. Wanneer gaat de procedure starten?
Minister Geert Bourgeois: We gaan zo zorgvuldig mogelijk werken. Tien dagen na de publicatie van het besluit kunnen we opstarten. Het is verstuurd naar het Staatsblad, maar nog niet gepubliceerd. Dat kan elk moment gebeuren.
De heer Carl Decaluwe: Hoe gaan de lokale radio’s het te weten komen? Niet iedereen leest het Staatsblad. Kan het misschien via de website van de VRM of een persbericht worden aangekondigd?
Minister Geert Bourgeois: We zullen het aankondigen via het Staatsblad, de VRM en een persmededeling.
Mevrouw Margriet Hermans: Mijnheer de minister, ik ben blij dat u zulke concrete corrigerende maatregelen hebt getroffen. Mijnheer Decaluwe, ik geef toe dat er hiaten waren, maar men moest ergens beginnen. Het is logisch en verstandig dat we nu bijsturen en herevalueren. In de toekomst zal dat misschien nog wel nodig zijn. Ik wilde vorige ministers hier toch even verdedigen. Zij hebben ook geprobeerd om op een transparante manier een frequentieplan te maken. Dat was toen een nieuwe uitdaging. Ik ben blij dat we dat werk vandaag kunnen bijsturen. De heer Carl Decaluwe: Mevrouw Hermans, ik denk dat het probleem eerder bij de administratie dan bij de ministers zat.
De voorzitter: Het incident is gesloten.